Afgelopen vrijdag besloot ik het maar een beetje simpel te houden. Aan de hand van juichende teksten van het Utrechts Landschap koerste ik naar landgoed Den Treek, en 's middags naar plantage Willem III. Benieuwd wat ik tegen zou komen.
Den Treek bestaat uit diverse soorten landschappen en trekt zodoende enorm veel vogels. Een vogel van zandige gronden met verspreide dennen is de Boomleeuwerik. Zelfs vanaf de grond liet hij zijn melancholieke zang horen, een wijsje dat soepel naar beneden moduleert.
Den Treek. Benieuwd hoe dat eruit ziet wanneer de heide bloeit.
De Roodborsttapuit, onder vogelaars vaak afgekort tot robotap, is een liefhebber van schaars begroeide landschappen, met liefst wat heide, dennen en meidoorn. Karakteristiek is de gewoonte om altijd op een topje te gaan zitten. Hier het vrouwtje.
En hier het mannetje. Zo zie je ze vaak. Toch kijk je ze niet zomaar over het hoofd. Het zijn energieke, beweeglijke vogeltjes, met een makkelijk herkenbaar roepje: wiet trak-trak wiet.
Maar dichterbij dan 20 meter kom je niet. Jammer, want ze zijn schitterend. Het gaat trouwens goed met ze, er komen er steeds meer en een aantal overwintert hier zelfs.
Plantage Willem III is een natuurgebied en inderdaad gelegen op het terrein van een voormalige tabaksplantage. Her en der zijn de tabaksschuren gerestaureerd en weer te zien. Een kudde Damherten had ik niet verwacht, maar kennelijk zijn ze hierheen gehaald om het terrein open te houden.
En zelfs hier laat zich de Witte Kwikstaart bekijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten