zaterdag 30 januari 2021

Even iets moois nr. 420 - Rondje kust

Mijn gedachte om in het oosten des lands de bosvogeltjes te fotograferen, liet ik snel varen toen ik het weerbericht hoorde. En zo togen we naar het zuidwesten, waar we inderdaad een grotendeels zonnige dag hadden. Leukste belevenis was een rijtje van drie ijsvogels dat ons tegemoet kwam vliegen, laag over een slootje langs de weg. Gebeurt niet elke dag... Inmiddels heb ik in januari al 67 verschillende vogelsoorten gezien, ruim een derde van mijn gebruikelijke jaartotaal.





Traditiegetrouw begint de dag in het pittoreske buitenhaventje van Stellendam. En zoals gewoonlijk zijn mijn eerste foto's van de Aalscholver. Opmerkelijk: met zijn witte dijvlek en witte nekveren is deze al helemaal in zomerkleed! Zeker een paar keer Gerrit Hiemstra gemist...





Meestal sla ik de Zilvermeeuw over, maar tegen de achtergrond van de scheepswand van een vissersschip leg ik hem toch maar een keer vast.





Hoewel ik eigenlijk van tevoren al weet dat ze veel te ver weg staan, ga ik toch altijd even kijken bij de Flamingo's in de Grevelingen bij Battenoord. Nu had ik extra pech. Ze stonden niet alleen vrijwel buiten het bereik van mijn telelensje, maar dan ook nog eens met de kop in de veren. Een kwartiertje wachten bracht geen verandering (behalve in de temperatuur van mijn vingers) dus liet ik het maar. In de voorgrond wat Rotganzen.





Een bruine vlek in een pas geploegde akker blijkt een Haas.





Altijd mooi, een ontmoeting met een Torenvalk.





Een van de vele inlagen van de Oosterschelde. Op een smal, winderig eilandje in de plas zien we van links naar rechts Zilvermeeuw, Scholekster, Krakeend en een vijftiental Zwarte Ruiters. Die laatste in lichtgrijze winterjas.





Pal tegenlicht, dus eigenlijk zie je voornamelijk de contouren. Maar dit zijn Middelste Zaagbekken, volop aan het baltsen. De uitsloverijen van de mannen zijn natuurlijk uiterst serieus bedoeld, maar werken op de lachspieren van de toeschouwer.





De afsluiting van de Oosterschelde kent drie delen. Hier kijken we op de Roompot; naar het noorden volgen dan nog Schaar en Hammen.





Op de Brouwersdam is het rustiger dan ik ooit eerder zag. Oorzaak waarschijnlijk de hoge waterstand. Vooruit, dan maar een Zwarte Kraai op de foto. Een beetje zon heb je wel nodig bij zo'n vogel, anders wordt het één egaal zwart vlak.

zaterdag 23 januari 2021

Even iets moois nr. 419 - Lauwersmeer

Meestal eens per jaar ga ik naar het Lauwersmeergebied. Een absolute hotspot voor vogels, al kom ik er zelden met mooie plaatjes vandaan. Zo ook nu: mijn doelsoorten velduil, ijsgors en frater kreeg ik niet voor de lens, zelfs niet te zien. Omdat ik dat al een beetje had ingecalculeerd keek ik ook of de landschappen een alternatief boden. Dat deden ze.





Zeg je Lauwersmeer, dan zeg je riet, water en ruimte.





Deze Torenvalk heette ons hartelijk welkom.





Vanaf een uitkijktoren heb ik de gelegenheid een beetje overzicht te krijgen op het gebied.





Draai ik me om, dan kijk ik uit over de Vlinderbalg. Ik kan me niet heugen ooit eerder zoveel water te hebben gezien in het gebied. Stukken die ik niet anders ken dan als grasland zijn nu toegevoegd aan het water.





In de haven van Lauwersoog zwemt een Eider, een mannetje. Nooit eerder had ik de kans er eentje van dichtbij te kunnen fotograferen, dus ik daal voorzichtig een stukje van de dam af.





Haven? Haventje eigenlijk. Evengoed kun je daar vandaan oversteken naar Terschelling en het heeft ook een heuse visafslag. Plus restaurants waar je in corona-tijd een kibbelingetje kunt afhalen.





Eiders overwinteren deels in en langs de Noordzee. Hun thuis vinden we in Scandinavië. Deze lijkt al iets van baltsgedrag te vertonen, al is hij in zijn eentje.





Lauwersoog biedt onderdak aan een vloot van vissersscheepjes die op de Waddenzee hun broodwinning vinden; veel uit Wieringen en Urk.

zaterdag 16 januari 2021

Even iets moois nr. 418 - IJmuiden zuidpier

Ik kom er graag 's winters, de zuidpier van IJmuiden. Met het naastgelegen strand en de lage duintjes is er altijd wat te vinden. En afgelopen vrijdag was het nagenoeg windstil. Behalve wat plichtmatig aandoende golfjes was de zee ongeveer spiegelglad. Zwaar bewolkt, dus geen last van hinderlijk hard licht of zwarte schaduwen. Dankzij deze omstandigheden me bijna een hele dag prima vermaakt op die paar strekkende kilometer.





Lunchtijd. Een sappig, vers zeesterretje gaat er dan altijd wel in.





Ja, die zuidpier. Vanaf windkracht 6 ongeveer gaat het hek dicht. Normaal gesproken kun je naar het vuurtorentje lopen op de punt. Je ziet dan de windmolenparken in de verte, en met nog meer geluk spelende bruinvissen of vissende jan van genten...





...of de Rosemarie die naar binnen dendert.





Nou nou zeg, die zie ik niet elk jaar: een Zeekoet. Onder water zoekt hij zijn prooi en hij zwemt dan zo snel en ver dat ik heel hard moet lopen om tijdig op de plek uit te komen waar ik hem weer boven verwacht.





Een bekende wintergast in verspreide aantallen: de Paarse Strandloper. Donker verenpak en rustig gedrag maken hem lastig vindbaar op de blokken met aangegroeid en aangespoeld spul. Tam; ga je op zijn route staan en hou je je rustig, dan scharrelt hij op luttele meters aan je voorbij.





Eveneens een bekende wintergast: de Oeverpieper. Broedt in Noord-Europa maar overwintert grotendeels langs onze en Engelse kusten. Nerveus en wars van aandacht. Het lukt me niet elk jaar er een foto van te maken.





Amaai, die zie je nog niet zo vaak: de Drieteenmeeuw! Te vinden langs de hele Noordzeekust, maar niet zo vaak bij ons. Mooi, zo'n pikzwarte snavel.





Als het over tam gaat, dan spant de Steenloper ongetwijfeld de kroon. Hier loopt hij tussen mij en een andere schoen door. Even later stond hij op 40 centimeter voor mijn camera. Dat zijn dan toch de grappige gebeurtenissen van zo'n dag.





U ziet een aalscholver? Mis. Het is een Kuifaalscholver; kleiner, ranker en eleganter dan zijn inheemse neef. Hij lijkt wel een aardig visje te hebben, maar even later zag ik er eentje die een hele schol naar binnen probeerde te werken.





Die zie je eigenlijk nooit in de monding van het Noordzeekanaal, maar nu dus wel. De Zwarte Zee-eend ken ik alleen van het turen door de telescoop, ver op zee. Nu een keer binnen het bereik van mijn telelensje.





Altijd weer blij dat ik er eentje zie: de Kanoet. Heel rustige vogel die tot op een meter of 10 te benaderen is. Ga je er dan rustig bij zitten dan gaat hij gewoon zijn gang en geeft je de gelegenheid om zo'n plaatje te maken. Heeft 's zomers een diep oranjerode borst, maar om dat te zien moet je toch afreizen naar arctische gebieden.





Haha, als een kind in een snoepwinkel kijkt deze Steenloper naar de berg schelpen, mosselen en zeewier. Best te begrijpen dat hij graag hier overwintert.





Op de rand van strand en water ligt een Gewone Zeehond aandacht te trekken van de aanwezige wandelaars. Ik merk dat wel vaker, bijv. op de Brouwersdam: ze zijn nieuwsgierig en contactueel. Even later glijdt hij op een klein golfje soepel naar dieper water. Hij had weer zijn verzetje en wij ook.






vrijdag 1 januari 2021

Even iets moois nr. 417 - De mislukkingen van 2020

Het is een beetje de gewoonte om aan het eind van het jaar nog eens terug te kijken op alle moois van de afgelopen maanden, en even de hoogtepunten de revue te laten passeren. Dat doe ik ook, maar dan in de vorm van hilarische mislukkingen of pijnlijke missers.





Jawel, deze foto toont precies de essentie: een uiterst zeldzame Blauwstaart liet zich een aantal weken zien op de Maasvlakte. Een levendig vogeltje, en iets meer vogel had het een geweldig plaatje kunnen maken.





Natuurlijk helemaal fantastisch om dit een keer te kunnen zien in eigen land: een Zeearend die een (dode) vis uit het water trekt en vervolgens op het gemak even langs vliegt. Dit gebeuren had alles in zich om het hoogtepunt van het jaar te worden, maar ik was niet bedacht op zijn verschijnen en mijn camera ook niet. Hier ben ik wel een beetje gremietig (zoals het Fries dat zo treffend uitdrukt) over.





Het Wandelbos, een stadspark in Tilburg, heeft een aardige populatie van de Siberische Eekhoorn. Prachtige, fotogenieke beestjes, maar watervlug zoals hier wordt geïllustreerd.





Een Grote Zilverreiger wordt opgejaagd door een blauwe reiger. Een bijzonder tafereel dat ik vol overgave probeer vast te leggen, maar dan moet je wel het hoofd erbij houden natuurlijk.





Meerdere dagen toog ik naar het Bentwoud. Er werden ongedacht veel Roerdompen gemeld en ik zag er her en der mooie foto's van verschijnen. Niet de mijne, zoals deze opname pijnlijk laat zien.





Leuke vogel, die Boomklever. Niet erg lastig te benaderen ook, maar met 1/15 op 600 mm krijg je geen scherpe foto van een bewegend beestje. Beginnersfout.





Niet simpel. Ik probeer hier een jagende Visdief te vangen terwijl hij een draai maakt om naar het water te duiken. Dat gaat in fracties van seconden zodat ik met veel lege luchten thuiskwam. Nou ja, bijna leeg.





In de achtertuin richt ik een voederplek in, voornamelijk om Groenlingen te lokken. Jawel, die komen, maar ze zijn ook weer heel snel vertrokken.


Ach, het is allemaal relatief. Ik wens alle lezers een mooi, gezond, gelukkig en fotogeniek nieuw jaar!