donderdag 27 december 2018

Even iets moois nr. 342 - dagje Blijdorp

Zo net voor de Kerst zou het wel stil zijn in de dierentuin dacht ik en dat was ook zo. Blijdorp is niet optimaal voor het fotograferen. Veel beslagen ramen, tralies, gaas en hekken. Een uitdaging dus.





Mooi van Blijdorp: aan het begin van de vlindertuin kun je een kaart pakken van alle vlindersoorten die er rondvliegen. Zo zien we hier de Grote Uilvlinder / Caligo Eurilochus. Kennis is macht tenslotte...





De naam van deze vlinder (Zonnepassiebloemvlinder/Heliconius Hecale) is minder van belang dan het verhaal dat eraan vast zit. Want de volgende dag doe ik mijn fototas open, haal de camera eruit en kijk stomverbaasd naar een tropische vlinder die zich in mijn tas had verstopt en daar onbeschadigd uit komt.





Hier zien we de Geelbandpassiebloemvlinder (Heliconius Erato), maar ik vervolg toch mijn verhaal. Een tropische vlinder in huis? Ik voel een roeping aankomen: ik begin een vlindertuin; ik begin een vlindertuin! Die hebben we nog niet in het dorp. Gauw een stukje rijpe banaan, een druppeltje honing en twee druppeltjes water, daar moet hij het toch op kunnen doen?





Wel, dit plaatje laat zien dat het aan zorg en bemoedigende woorden niet ontbrak, hij heeft zelfs een halve meter gefladderd (om te genieten van het uitzicht op onze winterse tuin, denk ik) maar helaas was het beestje de volgende dag overleden...





Goed, Blijdorp dus. De trekpleister dezer dagen zijn drie Aziatische leeuwenwelpjes. Bijzondere katten die door hun stevige bouw nu al respect afdwingen.





Maar leuk en fotogeniek zijn ze! Ik kom erachter dat er een aparte soort dierentuinfotografen is, die de namen van dit soort beesten kent en ze dus ook van elkaar kan onderscheiden. Zo ver ben ik niet...





Galado-bavianen zijn tamelijk nieuw in Blijdorp. Lastig te fotograferen ook door het spiegelende glas.





Gele wevers. Met een beetje fantasie zie je dat ze familie zijn van onze mus; die behoort ook tot de orde der wevervogels.





Leuk, de Witkruin-Mangabey. Een fotogenieke apensoort die zich lastig laat fotograferen door het gaas.





De Mandarijneend natuurlijk; te zien in veel parkvijvers of bij particulieren.





Groene Haring. Ze hebben een mooi aquarium waar je min of meer doorheen loopt.





En daar zie je dan ook de Haai van heel dichtbij.





En dit olijke visje...


zondag 16 december 2018

Even iets moois nr. 341 - de tuinvogels

Weinig op pad geweest, maar wel een paar uurtjes gestoken in de vaste bezoekers van onze tuin. Wat extra voer opgehangen, een mooie tak er bij geplaatst en dan maar alles in de gaten houden...





Afgelopen zaterdag even gezocht in de plaatselijke uilenboom. Drie Ransuilen zag ik en ik hoop dat hun jas beter warm houdt dan de mijne. Brrr, op 6 meter hoog in de schrale oostenwind...






Op een paar plekken in de tuin heb ik voeraanbod zo goed mogelijk ingericht voor de Groenlingen. Ik vind het schitterend mooie vogels. Deze foto maakte ik vanuit onze warme huiskamer.





Pimpelmezen komen graag af op de pinda's, maar ook een zonnepitje nemen ze graag mee. Dezelfde tak als de groenling hierboven. 





Zo'n Groenling is overigens helemaal niet een opvallende vogel. Zo in een boom valt hij volstrekt niet op.





Over groen gesproken: een Halsbandparkiet is écht groen. Je ziet hier ook mooi zijn 'halsband.'





Ik verschikte een beetje de fototak in de achtertuin en trok twee uur uit om vanuit de schuur te wachten op wat zich wilde laten fotograferen. En terwijl mijn voeten versteenden werd mijn hart warm van deze prachtige man Groenling. Vooral dat gele streepje met dat grijs, dat doet het 'm denk ik.





Ook een Koolmees wilde wel even op de tak plaatsnemen.





En dan als laatste nog mevrouw Huismus. Hoewel die in het dorp wel te vinden zijn, vereert de ringmus mij nooit met een bezoek. Terwijl ik die toch werkelijk ook heel erg mooi vind. Eens verzinnen wat we daarop kunnen bedenken.


vrijdag 7 december 2018

Even iets moois nr. 340 - de mislukkingen...

Al doe je nog zo je best, een fors deel van de foto's mislukt gewoon. Dat is helemaal niet erg in dit digitale tijdperk. Omdat deze vrijdag het weer zich er helemaal niet toe leende ben ik niet op pad gegaan. Daarom een paar voorbeelden van totaal mislukte plaatjes.
De voornaamste oorzaak is bewegingsonscherpte. Dat komt omdat mijn objectieven niet erg lichtsterk (= erg kostbaar) zijn. Maar soms reageer ik gewoon te laat of weigert de camera een fractie van een seconde dienst.





Makkelijk te herkennen: een IJsvogel die een visje dood mept. Mijn sluitertijd was niet berekend op deze dynamiek.





Tja, dit gaat snel, heel snel. Dus wanneer je ergens een Boerenzwaluw op een hekje zit, dan kun je alleen maar wachten en de ontspanknop indrukken wanneer je ziet dat die zijn snavel openspert. Met een beetje geluk zie je dan hoe hij een hapje in zijn bakkes krijgt gestopt; met een beetje pech net niet.





Nét op het moment dat ik een mooi portretje denk te maken van een Koolmees vliegt hij weg.





Hier loop ik duidelijk achter de feiten aan. Zo te zien is er zojuist een Graspieper weggevlogen van de plek waar mijn lensje hem nog dacht te kunnen vinden.





Heel herkenbaar, deze Steenloper, maar waarom er op deze foto werkelijk niets scherp is?





Een razendsnelle rakker, de Kuifmees. Dat laat hij hier goed zien.





En dit is dan een typisch gevalletje van te dichtbij. Deze Sneeuwgors liep zowat over mijn schoenen en zo kort stelt een beetje telelens niet meer scherp.





Dit is helemaal bijzonder: zoals we zien neemt de Notenkraker een sprongetje en zodoende springt hij boven de bovenrand van de opname uit. Kwestie van je kop er bij houden en een beetje uitzoomen; maar dan wel op tijd!
 




In het regenwoud is het best wel donker onder het dichte bladerdak. Zodoende lijkt deze wegvliegende lori wel een kleurige propeller (was in een dierentuin natuurlijk...)





Over propeller gesproken: wat te denken van deze IJsvogel die zich eens goed uitschudt na een mislukte duik naar een visje...


Afijn, zomaar een kijkje achter de schermen. Sommige mislukkelingen zijn te mooi of grappig om zomaar te laten verdwijnen.

zondag 2 december 2018

Even iets moois nr. 339 - "Rundum Hause"

"Rundum Hause" zei mijn vader als iemand hem vroeg waar hij met het gezin op vakantie was geweest. Op vakantie gaan, daar deden we niet aan, maar "Rundum Hause" is altijd wel wat te beleven voor het oplettend oog. Natuur begint als je je deur open doet, zo is mijn ervaring. Vandaar wat plaatjes uit tuin, dorp en omliggende polder.





In het dorp staat een naaldboom die bijzonder in trek is bij overwinterende Ransuilen. Soms zie ik er geen een, soms vier, en ook bij vier is het nog een hele kunst om langs takken en naalden heen te prikken met je telelensje. Maar als je ze in beeld hebt en ze dan even de ogen openen om je vorsend op te nemen, ja, dan is je dag helemaal goed.





Een Ransuil is een inheemse vogel en in die zin helemaal niet bijzonder. Hun gedrag is apart en fotogeniek. In de winter zoeken ze elkaars gezelschap en slapen gezamenlijk in één of een groepje bomen, soms tot wel 30 vogels! Ik verwacht dat er hier misschien een keer een stuk of zes te vinden zijn.
Omdat ze je zo aankijken valt het helemaal niet op dat ik vrijwel verticaal omhoog fotografeer. Ze lijken op ooghoogte te zitten, maar dat is dus slechts schijn.





Ik loop een rondje door het dorp, op zoek naar een vogel met een kleurige, herfstige achtergrond. Deze Huismus wil wel even meewerken.





Herfstkleuren ja. Al een paar weken heb ik een voederplek op het erf ingericht. Mezen, vinken, spreeuwen en Halsbandparkieten maken er graag gebruik van. Ook een paar takken zo geplaatst dat een kleurig sierboompje als achtergrond dient. Deze Pimpelmees steekt er mooi tegen af, zie ik terwijl ik mijn lensje vanuit de schuur door een kleine deuropening prik.





Halsbandparkieten dus. Ze weten zich uitstekend te handhaven en in de nazomer vliegen ze krijsend met grote jongen over het dorp. In de winter eten ze graag mee van de zonnepitten en pinda's.





"Als je maar weet dat ik nooit meer met je praat! Sterker: ik wil je niet eens meer ZIEN!!"





Mooie vogels zijn het, maar met (meestal) zes van die beesten in je tuin kun je de groenlingen wel vergeten. En laat ik nou net dáár die zonnepitten voor hebben opgehangen... Hier worden even de vleugels gestrekt na een poetsbeurt. En voor die groenlingen ben ik een plan aan het uitbroeden...





In de polder zit mevrouw Torenvalk op de uitkijk. Ik wacht een poosje, in de hoop dat ze een muisje vangt, maar dat gebeurt niet.





Vrij veel groepjes Spreeuwen in de polder, die vaak schuwer zijn dan je denkt. Hier proberen ze met z'n tweeën op een paaltje te zitten, maar dat valt zo te zien niet helemaal mee. En die sensorvlek is best goed zichtbaar; toch maar weer laten reinigen...





Aha, vader Merel komt een maaltje appeltjes scoren. Vanavond misschien appeltaart bij de koffie?





zondag 25 november 2018

Even iets moois nr. 338 - dagje twitchen

De vogelvrije vrijdag bracht ons naar twee zeldzame gasten die, elk op hun eigen manier, de aandacht trekken. Een dagje twitchen dus, of "soorten jagen." Mooie waarnemingen op je jaarlijstje.
Eerst maar naar de Notenkraker. Die houdt zich op naast een nieuwbouwwijk, een veldje waar wat hazelnoten zijn te vinden en allerlei wriemelend gedierte dat een Notenkraker op zijn menu heeft. De vogel vinden is geen probleem omdat er zowat 100 mensen omheen staan.





Het beestje schijnt niet te weten wat mensen zijn, want hij scharrelt er tussendoor alsof het boomtakken zijn.






Vindt hij een nootje, dan verstopt hij die bij wijze van wintervoorraad. Kennelijk is hij van plan een poosje te blijven, dus u hoeft geen haast te maken als u hem een keer in het echt wilt zien.





Als het dan toch niet mogelijk is de mensen buiten de foto te houden, neem ze dan maar mee in de compositie. Toen ik deze foto op Facebook zette, meldde zich al gauw de fotograaf die we hier zien. Het is Kees K. (geen volledige naam vanwege de privacy natuurlijk; zijn vrouw denkt misschien wel dat hij boodschappen aan het doen was bij de plaatselijke AH; en dat hij wat langer wegbleef omdat hij geen keus kon maken uit de enorme sortering aan shampoos, wasverzachters of dergelijke; ik gok maar wat, maar wil hem zeker niet verraden.)






Hazelnoten maken dorstig, dat weet iedereen. Zijn water haalt de Notenkraker uit een bloempot op een belendend erf.





Vooruit, nog één keer de gekte in beeld. Lange lenzen zijn een last wanneer een vogel op enkele decimeters voor je langs scharrelt. Bij mij liep hij onder mijn lens door, letterlijk op een handbreedte bij me vandaan. Een vervreemdende ervaring.





De Notenkraker doet qua bouw en postuur het meest denken aan de gaai (vroeger: Vlaamse gaai)zoals wij die kennen; wel is de snavel een stuk groter. Zijn er in Siberië weinig zaden van de arven, dan kunnen ze in grote groepen West-Europa binnen trekken. "Waar ze opvallen door hun geringe schuwheid" voegt het vogelboek daar nog aan toe.






Omdat we toch onderweg zijn, steek ik nog even door naar de volgende zeldzaamheid: de Steppevorkstaartplevier. Hij wordt telkens gemeld in een stoppelveld, aan de rand van een rustig boerenwegje. Als we arriveren staan daar twee Vlamingen met een schamel busje en kostbare uitrusting. Ik ben een mooie aanvulling met schamele apparatuur en een nieuwe leasebak. En nee, de vogel is gevlogen, maar er is altijd een kans dat hij terugkeert. We vleien ons (ik ben de meest linkse) in de berm en wachten, maar met twee Vlamingen is het nooit saai.





En verdraaid: na een uur zie ik hem aankomen met zijn sternachtige vlucht en onverhoedse zwenkingen. Hij landt tussen de stoppels en dan is het wachten of hij een stukje onze kant op wil komen. Beestje heeft ongeveer de grootte van een merel. Het is waarschijnlijk een eerstejaars, dus hij heeft nog weinig kleur. Kilometers heeft hij wel gemaakt, want hij moet geboren zijn in oost Rusland of daaromtrent.





Al scharrelend nadert hij ons tot een meter of 20; genoeg voor een plaatje met wat omgeving er bij. De laatste stralen van de laagstaande zon verhullen amper dat het een vrijwel kleurloze vogel is. Zit hij stil, dan valt hij volledig weg tegen de stoppels op de akker. Maar eerlijk: ik vind dat altijd errug mooi...

Al met al een heel mooie dag geweest, met 2 soorten die ik maar wat graag voor mijn lensje had.