zondag 20 augustus 2023

Even iets moois nr. 522 - Schattige plaatjes...

Eens per jaar, als dat zo uitkomt, rij ik naar Noord-Brabant waar een paar zeer fotogenieke onderwerpen te vinden zijn. Ook nu weer. Ik heb er zeer van genoten en ik laat u maar gewoon meegenieten.





 Het natuurgebied De Brand, tegen de Loonse en Drunense Duinen, heeft een leuke populatie Boomkikkertjes. Die horen helemaal niet in ons land, en waarschijnlijk heeft een 'natuurliefhebber' ze meegebracht uit Spanje of Kroatië. 





Ze zijn klein, zo'n 2 tot 4 centimeter. Ze zitten het liefst in de braamstruiken. Ze zijn dermate fotogeniek dat er fotoworkshops naar toe worden georganiseerd.





Ik was er redelijk op tijd en zodoende kon ik meekijken met hun ontbijt. Trek om een vorkje mee te prikken kreeg ik daar niet echt van.





Daar stond ik dan weer wel van te kijken: de kikkertjes werden belaagd door steekbeesten als muggen en hier een schorpioenvlieg. De prooi eet de jager, lijkt het.





Ze zijn klein en vallen qua kleur helemaal weg tegen het gebladerte van de braamstruik. Maar als ze ineens met z'n tweeën op een kale tak zitten, dan valt dat best op.





Andere beesten waren er ook. Hier de algemene Gewone Roofvlieg, kauwend op een prooi.





Libellen zag ik weinig, wel een aantal juffers. Hier de Zwervende Pantserjuffer, een soort die als zeldzaam te boek staat.





Een wat vreemd beestje. Het is de Gewone Kameleonspin. Vrij algemeen, hoewel ik hem nooit eerder zag.





Die platte kevertjes, dat zijn meestal wantsen. Soms zitten ze in huis en buiten tref je soms hele groepen aan. Grappige wezentjes. Hier de Groene Schildwants.





Noog eentje dan, om te laten zien hoe klein ze zijn.





Veel fotografen verkassen halverwege de dag van De Brand naar Tilburg. Die 10 km is een afzienbare afstand om even een kijkje te nemen van een andere vreemdeling: de Siberische Grondeekhoorn.





In het Wandelbos is een populatie van deze sympathieke beestjes te vinden. Ook best klein en ik had drie kwartier speuren nodig om de eerste te vinden. De Siberische Grondeekhoorn is natuurlijk ook niet een inheemse soort. Er is in Nederland één populatie die ontstaan is doordat een klein dierenparkje werd ontmanteld en een aantal beestjes ontsnapte. Losgelaten werd, beweren boze tongen.





Hoe het ook zij, ze zijn een bron van vermaak voor de natuurfotograaf en om ze nóg schattiger op de foto te krijgen worden ze gelokt met wat bramen. Tja, hier heb ik natuurlijk niets aan toe te voegen.

zondag 6 augustus 2023

Even iets moois nr. 521 - Rondje Oostvaardersplassen

Rondje Oostvaardersplassen. Doe ik meestal een of twee keer per jaar. Even alle schermen en kijkhutten van binnen bekijken en zien wat er onderweg voor de lens wil komen. Best nog aardig wat.





Twee Visdieven. Ik weet niet of het in de naam zit, maar die rechter zou graag dat visje hebben waar de linker mee komt aanvliegen om dat rustig te consumeren. Er ontstaat een gevecht waarbij ze allebei aan het visje trekken, maar de foto's daarvan zijn net niet scherp genoeg voor de kritische lezertjes. Ik laat het dus maar bij de proloog van de ruzie.





Spreeuw natuurlijk. Deze is aan het ruien van zijn bruine kinderkleren naar een zwart gespikkeld volwassen kleed. Mooi  gezicht vind ik dat altijd.





In de hut aan de Lepelaarplas is het altijd druk. Komt omdat er daar een gerede kans is een Zeearend te spotten of een ijsvogel. Zeearenden zag ik, wel drie, en deze volwassen vogel kwam op redelijke afstand van de hut even een rondje maken. Imposant!





IJsvogels waren er ook, twee. Deze kwam heel kort even op fotografeerbare afstand op een dode boom zitten vissen. Snavel niet helemaal zwart, dus een vrouwtje.





Vissen, dat deed deze Aalscholver ook. Met redelijk succes. Hier een flinke jongen, met nog wat groente als bijvangst.





Een groepje Huismus neemt een zandbadje; goed tegen het ongedierte.





Op het IJsselmeer vaart de Elizabeth voorbij, een (naar ik meen) schoenergetuigd zeilschip. Plaatje!





De Matkop (hier) is vrijwel niet te onderscheiden van de glanskop, tot hij zijn roep laat horen. Dan is zijn waarschuwende dzzzz dzzzz niet te verwarren met het vrolijke tjoewiet tjoewiet van de glanskop. Vogels kijken doe je met je oren, zeg ik altijd maar. Te beluisteren en te zien aan het pad vanaf het Bezoekerscentrum.





Ineens hoor ik een Grauwe Vliegenvanger; nee, wel twee of drie. Het blijkt een gezinnetje waarvan minstens één jong nog wordt gevoerd. Heel erg onopvallend van zowel geluid als verschijning en het duurt dan - ondanks zijn tiep tiep - ook wel even voor ik hem voor de lens krijg. Maar dan laten ze zich uitgebreid bewonderen.