zondag 26 augustus 2018

Even iets moois nr. 330 - Langs het water

Zo, maar weer de draad oppakken na vakantie en kampeerweekendjes.

We zaten een dag in een hut van het Noordhollands Landschap, langs het balgzandkanaal. De hoop was wat doortrekkende ruiters te zien, maar het werd helaas een saaie dag qua soorten. Dan toch maar het beste gemaakt van wat zich wel liet zien.





Een vaste gast voor de hut is de Oeverloper. Het geklik van de camera stoort hem in het geheel niet, en hij naderde tot op een meter van het kijkgat. Leuk voor een kopportretje.





Ook een juveniele Witte Kwikstaart liet zich meermalen zien.





Behalve tussen het gras vindt de Oeverloper ook lekkers in het natte zand waar hij met zijn snavel rondpeurt.





Ik moest even twee keer kijken, maar volgens mij hebben we hier te doen met een juveniele Krakeend. Hij is druk bezig zijn verenpak in te vetten, zoals zijn moeder het hem heeft geleerd.





Zei ik al eens dat ik helemaal enthousiast raak van dit soort statische portretjes? De Oeverloper op z'n best.





Een Blauwe Reiger vertoont zich. Zijn donkere kruin verraadt dat het hier gaat om een juveniele vogel. Misschien dat het daaraan lag dat hij telkens misstootte en uiteindelijk met een verongelijke krijs (en lege maag) vertrok.





Intussen scharrelt de Oeverloper nog steeds door het gras. Af en toe inspecteert hij de lucht, altijd alert op een jagende havik of slechtvalk. Op zijn rug zien we de druppels van een beginnende regenbui.





Die bui zet door en een paar minuten plenst het werkelijk. Het is misschien wel de allereerste bui die deze juveniele Kokmeeuw meemaakt. Dit plaatje doet me denken aan kinderen die met laarsjes lekker door de plassen stampen...





Een Oeverloper heeft ongeveer de grootte van een merel. Speurend zigzagt hij door de vegetatie, altijd op zoek naar eten.





Op een schelpeneilandje voor de hut landt een juveniele Spreeuw. Hij ziet er nogal slordig uit omdat hij inmiddels uit de kinderkleren is gegroeid terwijl het grote spreeuwenpak hem nog niet past.





Hier de Oeverloper wat verder weg. Zo zie je dat het maar een kleine vogel is.





Luid snaterend komt een groep Grauwe Ganzen aanvliegen en plonst in het water.





Ter afsluiting nog een plaatje van de Oeverloper tussen het gras. Ondanks het gebrek aan aansprekender soorten maakte hij dat we ons niet verveelden. Toch een bedankje waard!



zondag 5 augustus 2018

Even iets moois nr. 329 - Op een mooie zomerdag...

Ik wilde nog even zien of ik wat kon meepakken van de reeënbronst en daartoe moest ik eerder op de plek van bestemming zijn dan de zon. Dat lukte net niet helemaal.





Een prachtig Reebokje spoedt zich - in de eerste zonnestralen -  naar de schaduw van het bos. Dit is op de heide rond Hilversum, waar ree en mens gewend zijn elkaar tegen te komen.





Ik ben dan ook niet de enige die op zoek is naar reeën...






Paars is de heide niet en dat zal hij dit jaar ook niet meer worden. Alles is dor en bruin.





Hoewel: ik vind nog precies één klein struikje bloeiende heide. Gauw een foto, want het is misschien wel het enige van dit seizoen.





Tussen het struweel scharrelt een groepje Leeuweriken. Maar is het nu een Boom- of toch een Veldleeuwerik? Ik kan het u niet met zekerheid zeggen.





Ja, dit is wel duidelijk natuurlijk. Ik noem het altijd de lampjes van de vlakten: de Roodborsttapuit. Een heel gezinnetje hangt rond en heeft het druk met elkaar.





 Nóg zo'n lastige, vooral omdat het een juveniel is: een Boompieper, of toch een Graspieper? Gezien de plek denk ik aan de eerste.






Ik kan altijd erg genieten van Sprinkhanen. Ze zijn erg alert en volgen je met hun ogen. Maar als je heel voorzichtig bent dan staan ze toe dat je heel dichtbij komt. Misschien wel net als mensen, eigenlijk.





Ja natuurlijk; waartoe ben je op aard, Vuurjuffer zijnde? Om te zorgen voor nageslacht. Dit wordt wel een paringswiel genoemd, en zo kunnen ze getwee ook best een stukje vliegen. Apart gezicht.





Een leuk gezicht: de Spreeuwenpuber is bezig te ruien naar het pak van zijn moeder.