zondag 28 april 2019

Even iets moois nr. 356 - Van bosuil, schuurduif en poldergrutto

Een verzameling plaatjes van de afgelopen weken. Op verschillende tijdstippen en plekken, met diverse kwaliteiten.





"Uilskuiken" is in de regel niet bedoeld als compliment. Hier zien we een jonge Bosuil, soezend in de vork van twee boomtakken. Een knapperd is het nog niet, maar dat gaat ongetwijfeld veranderen.





En hier vader Bosuil. Zoals het een ouder betaamt zit hij zeer alert zijn twee kuikens in het oog te houden, maar niet heus. Die jongen worden in deze fase 'takkelingen' genoemd omdat ze wandelingen maken over de takken van de boom waarin zich hun nest bevindt.
Zie je trouwens dat zo'n Bosuil vrijwel wegvalt tegen de boomstam waar hij dicht tegenaan zit?





Als er een Houtduif op de nok van ons schuurtje landt pak ik gauw de camera. Terecht, want een minuut later krijgt hij gezelschap van een iets kleiner exemplaar. Ze lijken elkaar te kennen, want ze beginnen gelijk te tongzoe…. ehhhh, te snavelen.





Het blijkt het voorspel voor de paring. Het vrouwtje nodigt haar partner uit door heel laag te gaan zitten en manlief maakt enthousiast gebruik van dat opstapje. Een bijzonder gezicht.





Vrij jonge eendenkuikens, maar in hetzelfde gebied wemelt het van de kauwen, de eksters en de mantelmeeuwen. Dit gezin gaat niet compleet de volwassenheid halen!





Vooruit, toch nog maar een keertje de Graspieper. Voor het oog van de camera gaat hij zitten poetsen, zingt dan kort een liedje en hop... verdwijnt hij in het gras.





Omdat het gedrag van een Grutto met jongen nogal voorspelbaar is, stap ik uit de auto. En inderdaad: de Grutto vliegt het slootje over en komt eens poolshoogte nemen. Met een koele blik maant hij mij op te krassen, maar ik maak rustig een foto. Straf overbelicht, want ik hou van bijna transparante, pastelachtige kleuren.





Daar wordt het humeur van de Grutto niet beter van en dreigend schreeuwend beent hij mijn kant uit. Daar kan ik niet tegenop natuurlijk, dus ik spring in de auto en rij een stukje verder.





Dat kalmeert hem en dan is hij ook best genegen even te poseren. Voor wat hoort wat denken we allebei.





Ik blijf nog een poosje staan en speur naar de pullen die zo fanatiek worden verdedigd. Twee ontdek ik er, wat verder in het weiland en onder het wakend oog van de partner. Een bewijsplaatje, meer zat er niet in.


maandag 15 april 2019

Even iets moois nr. 355 - de bollenvelden!

De bollen dus. Ga ik niet naar Noord-Holland voor de bloeiende tulpen, dan naar de Flevo- en Noordoost polder. Dit laatste was onze bestemming, afgelopen vrijdag.





Wie vermoedt dat ik voor de mooie kleuren ga die heeft het mis. Nou ja, ook wel een beetje, mét de kleurige landschappen, maar ik zoek vooral naar de mogelijkheid om te spelen met scherp/onscherp. Mooi deze, alleen de middelste scherp en de rest vervagend in warme kleuren.





Streng en rechtlijnig wijzen de tulpenbedden naar de horizon, waar een al even hoekige schuur ze op staat te wachten.





Tja, als hoge pluimen staan die ondenkbaar ijle populieren aan de einder (dichtte Marsman ooit.) Nou weet ik niet of dit populieren zijn, maar die kale bomenrijen zijn altijd wel een van de charmes van de keurig uitgemeten polder. Vind ik. Zeker met een veld gele tulpen ervoor.





Ook leuk: een zo'n knop tussen de verder al uitgekomen tulpen.





Dat is vaak ook wel een beetje de kunst: valt er ééntje uit de toon in al die kleurige eenvormigheid?





Eerlijk gezegd hoopte ik een foto te kunnen maken van een gele kwikstaart op gele tulp. Misschien kwam het door de koude wind, maar ik heb geen kwikstaart gezien. Jammer.





Hoewel ik het helemaal niet erg vind een tafereeltje te vinden met maar weinig kleur. Hier doen vooral de vormen er toe.





Bollenvelden, een sloot, oude bomen en nieuwerwetse windmolens: onder een fraaie wolkenlucht wordt alles mooi.





Ja, da's wel even twee keer kijken! We zien hier een wand die is aangelegd voor de Oeverzwaluw. Ze zijn druk in de weer om hun nest uit te graven. Ieder herkent zijn eigen holletje, mag ik hopen.





Op weg naar huis doen we nog even het bos aan bij Lage Vuursche. Daar treffen we deze prachtig bloesemende struik.


zondag 7 april 2019

Even iets moois nr. 354 - Niet alles lukt zomaar...

Voor de vogelvrije vrijdag had ik mooie plannen: ik zou eindelijk de blauwborstfoto maken die elke andere blauwborstfoto overbodig zou maken; ik zou geoorde fuutjes vastleggen op een manier die elke toeschouwer met stomheid zou slaan; ik zou... Ach, ik zag het allemaal wel, zette het op de foto, maar lang niet op de gedroomde manier. Sterker, mijn camera viel waardoor mijn objectief een beetje stuk is: de dop kan er niet meer op en wat erger is, ook de zonnekap niet. Afijn, ik ploeterde dapper door in de Groene Jonker.





Goed, de Blauwborst dus. Prachtvogel met prachtige zang, maar ze bleven naar mijn smaak wat te laag in het riet. Je kunt hier wel mooi het vlaggen zien. Door de staartveren te spreiden maken ze een helemaal oranje onderkant van de staart. Erg aantrekkelijk voor de dames.





Ook mooi: de Rietzanger. Zijn geschetter is sinds twee weken weer te horen in elk stukje riet. Het mooist vind ik hem van achteren; dan zie je zijn fraai getekende rug.





Ook altijd in het riet te vinden: de Rietgors. Hier pluist hij vakkundig een sigaar uit.





Voor andere mooie types werd mij de Reeuwijkse Plassen aangeraden. Door afgesloten brugjes werd dat nog een hele onderneming en kwam ik op een andere plek uit dan gepland. Afijn, de pas er in en maar zien wat er van te maken viel. Aan de overkant van een slootje trof ik deze Grutto.





En in het slootje Gijs Gans met vrouw en kinderen.





Langs de oever van de plas trof ik een aantal mensen dat ijverig op de grond aan het speuren was. De waterkant daar staat bekend om de aanwezigheid van Ringslangen. En verdraaid, ik vond er ook eentje. Een forse, aan de dikte te zien. Maar goed, de kop is niet zichtbaar dus is het maar een flutfoto.





Aparte vogels, die Indische ganzen. Het zijn nakomelingen van ooit ontsnapte en verwilderde exemplaren, want hun echte thuis is het noorden van centraal Azië. Maar goed, ze gedijen hier best.





Tjonge jonge, wat is deze stoere vent Fazant met zichzelf ingenomen. Eigenlijk ook niet eens een echte Nederlandse vogel, want ooit hier uitgezet als jachtvogel voor de meer gefortuneerden onder ons. Maar het moet gezegd: die kleuren staan hem goed!





Na lang zoeken en kilometers lopen ontwaar ik eindelijk drie Geoorde Futen. Prachtige vogels en vaste bewoners van plas en meer. Hun felrode oog en de pluimpjes aan hun kop zijn kenmerkend. En verder duiken ze heel vaak dus misschien daarom dat u ze nooit eerder zag. Vrij schuw; je mag niet al te dichtbij komen. Maar door me heel klein te maken aan de oever kreeg ik ze toch voor de lens.





Hè, had ik nu de zon niet zo tegen, dan had ik u de fraaie kleuren van de Krooneend beter kunnen laten zien. Een vrij grote eend met markant gekleurde kop (voor de mannetjes.)