zondag 21 juni 2020

Even iets moois nr. 399 - Zwarte Stern

Op de vogelvrije vrijdag bleef ik in de buurt, want er is hier genoeg te beleven.


Een Zwarte Stern is ook echt zwart; deels. In de vlucht valt dat niet zo op omdat de onderkant van zijn vleugels wit of lichtgrijs is.





Ze hebben nu jongen en ze blijven libellen en andere insecten aanvoeren. Met een visje zie ik ze eigenlijk nooit.






Deze ouder is het voeren een beetje beu. In het gras gaat hij uitgebreid toilet zitten maken. Na een kwartiertje begint de corvee weer: jagen op libellen.





Zwarte Sterns worden op grote schaal geholpen met broeden. In den lande zijn nogal wat groepen actief die in het voorjaar vlotjes in het water laten. Deze eilandjes worden maar al te graag in gebruik genomen als nestplek.





Zo'n kleine heeft een flinke kluif aan een volwassen libel. Hoe ze dat nou doen met de vleugeltjes, ik weet het niet. 





Meermalen afgelopen week ging ik op zoek naar een wat vreemde gast in de Haarrijnse Plas. Er wordt al twee weken een Roodhalsfuut gesignaleerd, maar hij wilde zich aan mij niet laten zien. Tot wat later in de middag: daar zwom-ie ineens. Erg algemeen is-ie niet en de meeste broedgevallen vind je in Drenthe. Mooie futensoort die het af en toe aan de stok had met de plaatselijke gewone fuut.





Vooruit, omdat ze zo mooi zijn, een laatste foto van de bezorgservice bij de Zwarte Sterns. Met dank aan de Natuurgroep Kockengen die de vlotjes verzorgt.


zondag 14 juni 2020

Even iets moois nr. 398 - van roerdomp tot zonnedauw

Afgelopen dagen op diverse plekken foto's gemaakt, dus een beetje van alles wat.





Toch met afstand het lelijkste jonkie dat ik ken: een jonge Meerkoet. Kwestie van smaak natuurlijk, maar ik kijk maar snel naar de volgende foto.





Vorige week drie uur posten, deze week twee uur en eindelijk een foto al had ik die graag wat fraaier gehad: de Roerdomp!





Een Ooievaar landt op het nest waar twee jongen niet zitten te wachten op eten. Nou is de maaltijd ook niet echt aantrekkelijk verpakt, lijkt me.





O, da's mooi: een Moeraswespenorchis. Vrij zeldzaam en volstrekt onopvallend tussen het gras. Ik zie ze voor het eerst.





Hier wilde ik al een poosje een foto van: de Amerikaanse Rode Rivierkreeft. Een exoot die nogal wat verwoestingen op zijn naam heeft. Hij vermenigvuldigt zich explosief en vreet onze eigen kikkers en kleine visjes op. Te vinden in elke sloot.





Ronde Zonnedauw, een vleesetend plantje. Te vinden op een zeer vochtige bodem en soms zelfs met de voetjes in het water. Van dichtbij prachtig, maar zo klein dat ik denk dat de meeste mensen er zomaar op kunnen gaan staan zonder te zien of te weten wat ze vertrappen.





Nog een orchidee, gevonden in de Krimpenerwaard: de Rietorchis. Ik probeer altijd wat hier goed lukte: schaduw op de bloem, zon op de achtergrond. Daarom zet ik mijn fototas ernaast, zodat ik plaatselijk even de zon weg hou. Altijd uitkijken dat die tas niet omvalt, want dan is niet alleen de setting weg maar waarschijnlijk het plantje ook...





Sinds enige weken heb ik een nieuw, gebruikt macro-objectief. Daarvan werkt niet alleen de autofocus een stuk sneller, maar hij heeft ook een stabilizer aan boord. Es even uitgeprobeerd op een vliegende Snorzweefvlieg. Ja, hij doet het!


zondag 7 juni 2020

Even iets moois nr. 397 - Een riskante ontmoeting

De vogelvrije vrijdag wilde graag een foto van een roerdomp opleveren. Nadat ik drie uur in de stromende regen had staan wachten nam ik mijn verlies en schoof een stukje op. Drie roerdompen waren overgevlogen, dat dan weer wel. Maar een foto zat er niet in. Desondanks werd het een bijzondere foto(mid)dag.





Het plaatselijke Ooievaarspaar is verblijd met drie jongen. Twee laten zich hier zien.





Op een stukje braakliggend industrieterrein met hier en daar een armetierig polletje groen zie ik een kleine plevier, vaste bewoner van dit soort stekken. Een pionierssoort noemen ze dat. Ik loop het stenige gebied in, in de hoop dat ik hem mag benaderen. Dat mag niet, maar ineens begint er een Tureluur vreselijk boos, ja panisch naar me te schelden. Dat begrijp ik niet, want dit is toch helemaal niet zijn biotoop? Hij hoort toch in de polder, lekker tussen het hoge gras? Om te kijken of de rust kan weerkeren laat ik me op mijn knieën zakken. Dan schrik ik me werkelijk wezenloos...





Op nog geen twee decimeter van mijn voet liggen in een kuiltje twee gespikkelde eitjes en een heel klein Tureluurtje. Met andere woorden: ik had er zomaar op kunnen gaan staan zonder dat in de gaten te hebben! Gauw maak ik een foto en maak me voorzichtig uit de voeten. Ik voel me zeer schuldig want ik had in mijn onbenulligheid een desastreuze schade kunnen aanrichten. Het is bovendien een zonde tegen regel 1 bij de vogelfotografie: verstoor nooit of te nimmer een nest! Licht ontdaan en uit mijn evenwicht prent ik het mezelf nog maar eens in: boze tureluur? Wegwezen. En dat het beestje op een a-typische plek zijn nest bouwt kan geen excuus zijn...





Ik zit aan de rand van een kleine plas en daar foerageert een Dodaars. Dat is Neerlands kleinste futensoort. In de paartijd laat hij zich goed horen. Hij produceert dan een luid gehinnik, waarvan het onbegrijpelijk is dat zo'n geluid uit zo'n mini-vogeltje komt.





Had ik nog niet zo verwacht, maar in een stukje riet zitten twee Blauwborsten tegen elkaar op te zingen. Die moeten toch druk zijn met het voeren van jongen? Of zouden het vrijgezellen zijn?





Wat leuk zeg. In het riet hoor ik het ge-ping van Baardmannen. Als ik even wacht komt er een juveniel mannetje in beeld. Nu al fotogeniek met dat kleine maskertje, dus dat belooft wat voor als hij groot is.