woensdag 26 juli 2017

Even iets moois nr. 286 - Vlinders

Afgelopen weekend waren we met de caravan een weekendje in Oost-Groningen. Dat het daar prachtig is hou ik liever voor me, anders wordt het veels te druk. In ieder geval bezochten we daar een aantal tuinen en kwekerijen en ik bezorgde mijn macrolensje wat overuren op de vlinders die al die planten en bloemen aantrekkelijk vonden.

Lichtelijk aangedikt kwam ik uit het weekend: dazen bleken een voorliefde te hebben voor mijn gespierde benen en armen...





Het Landkaartje. Ik vind dit altijd een leuke vlinder. Hier probeerde ik wat verder weg te blijven, zodat de donkere vlinder mooi opvalt tussen die lichte staarten. Had eigenlijk nog wel wat afstandelijker gekund...





De bovenkant van de vleugels van het Landkaartje is mooi. Een aardig patroon van licht en donker, afgezet met een oranje bies. Er zijn twee lichtingen van deze vlinder: een in het voorjaar en een in de zomer. Ze verschillen iets van kleur en er is geen overlap tussen de lichtingen.





Maar echt interessant is de onderkant van de vleugels van het Landkaartje. Het is inderdaad net of je op een kaart kijkt, met wegen die een landschap doorkruisen. Het is dus altijd even wachten tot het beestje zijn vleugels samenvouwt.





De Atalanta, misschien wel onze bekendste inheemse vlinder. Dit exemplaar lijkt behoorlijk afgevlogen, met die rafelige vleugelranden.





Dit is de Gehakkelde Aurelia. De bovenkant is mooi oranje met donkere vlakken (beetje als de kleine vos) maar zo en-profiel zie je goed de 'gehakkelde' vleugelrand. Ook de witte 'komma' is kenmerkend voor deze soort. Je ziet ze overigens steeds vaker tegenwoordig.




Nog een keer de Gehakkelde Aurelia. Ik heb de dieptescherpte niet goed gekozen, maar de combinatie met een gele Echinacea is dan wel weer aardig. Verder is het gewoon veel te zonnig waardoor kleuren te hard worden of uitgebeten raken. Hoewel het ook wel eens goed gaat beschouw ik toch de zon als de grootste vijand van de macrofotograaf...





Als afsluiter nog een Atalanta. Deze is zo puntgaaf, hij moet werkelijk kakelvers zijn. Prachtig!

maandag 17 juli 2017

Even iets moois nr. 285 - Heel Gewone Foto's...

Tja, ik stak wat tijd in het zoeken naar woudaap en zwarte ibis, maar ik moet het maar gewoon toegeven: ik vond ze niet. Daarom maar wat 'bijvangst,' datgene dat ik wel wist vast te leggen.





Mooi, zo'n Distelvlinder. Het zijn trekvlinders die soms met veel, soms met weinig Nederland bereiken. Dit jaar niet heel veel, is mijn indruk.





Moeder Rietzanger heeft het druk met het (op)voeden van de kleintjes.





Weggedoken in de ruigte denkt deze Grote Zilverreiger dat ik hem niet zie...





Een bevallige senior, zo te zien leniger dan ik, heeft eveneens de distelvlinder ontdekt. Maar waar je nou een gebreide telelens kunt kopen???





Het is hemeltergend zoals jonge Lepelaars om eten kunnen schreeuwen. Ik maak me er altijd een beetje kwaad om en dat heeft natuurlijk heel erg weinig zin...





Een Spreeuw in de polder. Ik krijg ze graag voor de lens met hun oliekleurige verenpak, maar ze zijn schuwer dan je denkt.





Ook een vaste polderbewoner: de Witte Kwikstaart. Hoewel, nou ik dit opschrijf begin ik te twijfelen. Is het niet een vrouwtje Rouwkwikstaart? Hij is wel erg donker op de rug. Wie het weet moet het maar even zeggen...





 Drie Ooievaars van dit jaar komen even terug op het nest. Even daarvoor liepen ze nog in gras van de Eempolders. Te herkennen aan de snavel die nog niet rood is.





Afgelopen zaterdagavond: drie jonge merels vliegen uit. Stom toevallig zitten we net buiten te eten; even toevallig ligt mijn camera schietklaar. Het eten wordt koud...





Met verdubbelde ijver brengen de oudervogels voer aan de vogels die onbeholpen door de straat fladderen. Vette wormen en besjes vormen de ingrediënten voor een voedzaam maaltje.





Een van de jongen probeert zich staande te houden op het dak van de auto van de buuf. De staart moet nog groeien en zonder dat zijn ze tamelijk hulpeloos. Maar met zoveel katten op het plein mogen ze wel razendsnel leren goed van kwaad te onderscheiden.

Om een lang verhaal kort te houden: op zondagmorgen maak ik een rondje door de buurt. De oudervogels zitten wat verdwaasd en doelloos op een tak. Van de jongen ontbreekt elk spoor. Hier en daar sluipt een kat...

Met dit beknopte fotoverslagje is hun te korte leven niet helemaal zinloos geweest. Zoals Reve schreef: 'Het is gezien, het is niet onopgemerkt gebleven...'

maandag 10 juli 2017

Even iets moois nr. 284 - van sterns, kwakken en plevieren...

Eindelijk weer eens wat tijd voor de hobby en ik besloot er even iets moois van te maken. Dat lukte boven verwachting. 






Het jong krijgt zo te zien een bij te verwerken; hij eet het smakelijk op. Het voeren duurt overigens hooguit een kwart seconde, dus het is een kwestie van goed opletten.





Hier staat een oudervogel te bidden langs een rietkraag. Zwarte Sterns worden geholpen met broedgelegenheid door vlotjes in het water te leggen.





Op de golfbaan in Alphen aan de Rijn is een Kwak gesignaleerd. Het beest sluipt door de laaghangende takken van een paar bomen aan de overkant, in de hoop een visje te verschalken. We slaan het tafereel met (dan nog) 4 fotografen gade, tot er een zegt: als we nou 10 meter naar links opschuiven, dan komt-ie misschien naar onze kant...





Jawel, na een 20 minuten wachten komt hij naar onze kant en krijgen we de gelegenheid de vogel van dichtbij te bestuderen. De Kwak is een reigersoort die hoofdzakelijk 's nachts actief is. Kenmerkend zijn het gedrongen postuur en dat ene witte sliertje op zijn achterhoofd.





Met verbazing zien we hoe de Kwak vrij makkelijk het ene na het andere visje onder het kroos vandaan haalt. Hoe ziet hij dat nou??





Is er even niks, dan geeuwt-ie wat. Niets menselijk is 'm vreemd, zo lijkt het.





Baarsjes, voorntjes, hij laat het zich allemaal goed smaken. Zes visjes weet hij te vangen.





Als ik nou heel eerlijk ben, dan vind ik een niet al te nabij portretje eigenlijk net zo mooi; beetje statisch, ietwat introvert, stuk omgeving erbij... Prachtig!





Op een stukje braak liggend industrieterrein ben ik op zoek naar patrijzen wanneer mijn oog getrokken wordt naar een vogeltje dat zich uitgesproken opvallend gedraagt. Hij probeert mij te doen geloven dat hij gewond is en daarmee leidt hij de aandacht af van zijn jongen die ergens vlakbij moeten zitten.





Het is een Kleine Plevier. Die staat bekend als pioniersoort en dat betekent dat hij graag te vinden is op rommelige terreinen en braakliggende gronden met wat ruigte, stenen en gruis. Het beestje blijft mijn aandacht trekken door op luttele meters voor me langs te paraderen. Ik maak er dankbaar gebruik van. Door met mijn neus (en camera) naar de grond te gaan krijg ik een fraai portretje met een vage achtergrond.





'Nou, kom je nog mee' lijkt hij te vragen. Nee, ik laat ze maar weer met rust. Die jongen heb ik overigens nergens kunnen vinden, maar ik deed er ook niet mijn best voor.





Op hetzelfde terreintje foerageert een Grasmus. Hij ziet er wat verfomfaaid uit; heeft het druk met het voeren van de nakomelingen. Hij raakt gefrustreerd als ik in zijn buurt kom, want hij wil niet zijn nest verraden. Ik laat 'm maar gauw alleen.