maandag 28 november 2022

Even iets moois nr. 495 - de Zuidpier van IJmuiden

Trouwe lezertjes weten dat: ik kom graag op de Zuidpier. Je loopt een stuk de zee in en daar is altijd wel iets te zien; er is het naastgelegen strand met zijn vaste 'bewoners;' er is licht en ruimte...





... en ja, er is wind en regen. Een zorgwekkend gezicht wanneer je de regenboog steeds dichterbij ziet komen zonder op kilometers een plek te hebben met wat beschutting.





In de monding van het Noordzeekanaal houdt zich een groep Roodkeelduikers op. Echte wintergasten die 's zomers in Scandinavië en Siberië broeden, maar die de winter graag doorbrengen langs de Noordzeekusten. Naast de witte - in de zomer rode - hals is de omhoog gerichte snavel kenmerkend voor deze soort.





Op de pier tref ik een groep Drieteenstrandlopers. Meest foerageren ze op het strand, maar kennelijk zijn ze verjaagd door honden of kitesurfers. Ook dit zijn wintergasten. Broeden doen ze in het hoge noorden, maar in de winter zakken ze af tot aan de Middellandse Zee.





Prachtig gezicht als de hele groep op de wieken gaat.





De loods is van boord gehaald en wordt weer terug naar de haven gebracht.





Buitengaats, maar niet te ver van het vuurtorentje, zwemt een Alk. Een vrij schaarse wintergast die broedt op richels en rotsen langs kusten. Lastig te fotograferen omdat hij nogal vaak duikt en dan ineens tientallen meters verderop is.





De Steenloper; extreem tam. Eentje landt er naast me, fladdert op een blok en gaat op armlengte zitten kijken hoe ik zijn neef fotografeer.





Tussen de pieren zijn altijd wel Aalscholvers aan het vissen.





Een familie Eider (hier de man) verpoost eveneens tussen de pieren. Echte zeevogels die graag hun eten opduiken langs de kust. Vooral kreeften en mosselen zijn favoriet en met hun enorme snavel kraken ze die zonder moeite.





De Drieteenstrandloper. Ze hollen mee met de aanspoelende golven en lijken dan als witte balletjes over het strand te rollen. Altijd in een groep; niet schuw mits je je klein maakt en rustig gedraagt. Ongeveer de grootte van een spreeuw.





Omdat ze doorlopend hollen zijn ze nog best lastig te fotograferen. Maar soms heb je er dan per ongeluk twee tegelijk in beeld.


zondag 6 november 2022

Even iets moois nr. 494 - Kraanvogels!

Ongeveer elk jaar breng ik een bezoek aan de Kraanvogels, die op hun trek van noord naar zuid een paar dagen pleisteren op het Duitse platteland.





"Zeer waakzaam" zegt het grote vogelboek. Ik zeg liever: uitgesproken schuw! Hier vier volwassen Kraanvogels en één jong van dit jaar. Die bruine vlekken op het verenpak dateren nog uit de broedtijd. Ze smeren zich dan in met modderig veenwater.





Voor ik naar Duitsland afreis oriënteer ik me even op de site. Jawel, in het gebied moeten nu zo'n 30.000 Kraanvogels bivakkeren. Dat wil niet zeggen dat je er over struikelt. Sterker: het is langdurig zoeken in een areaal van misschien 30 bij 50 kilometer. 





Hier een compleet gezinnetje met links het jong. Hoewel die uitstekend voor zichzelf kan zorgen reizen ze in gezinsverband. Bijna altijd met één, soms met twee bruin gekleurde jongen.





Hier kun je goed het verschil zien tussen juveniel en adulte vogel. Zo'n jong moet zowat sneller groeien dat de bruidssluier in de tuin: in een paar maanden tijd is hij toch bijna 2 meter hoog!





De streek achter het Teutoburgerwald en onder Bremen is een grotendeels bedaard landbouwgebied, doorsneden met af en toe een doorgaande weg en verder met smalle landbouwweggetjes. De plaatselijke bevolking lijkt niet geïrriteerd door al die Hollanders die op het spektakel afkomen. Gemaaide maisakkers zijn favoriet bij de Kraanvogels.





Grappig gezicht zo, vier op een rij. Met een scherpe blik (of een beetje fantasie) zie je het rode kapje dat ze dragen. En die slordige verenbos aan de achterkant is niet de staart, maar dat zijn de gevingerde uiteinden van hun vleugels. Een spanwijdte van 2,20 meter moet ergens blijven natuurlijk.





Reizen in groepsverband betekent ook dat af en toe duidelijk moet worden gemaakt welke plek je inneemt in de pikorde.





Voor hét fotomoment moet je wachten tot zonsondergang. In lange slierten trekken grote groepen Kraanvogels vanuit hun foerageergebieden naar de slaapplekken en dat is altijd ergens waar ze met de voetjes in het water staan. "Majestueuze vlucht" zegt het vogelboek en dat is niet overdreven. De mooi gekleurde lucht en het getrompetter van de enorme aantallen Kraanvogels zorgen elk jaar weer voor kippenvel!