vrijdag 23 februari 2018

Even iets moois nr. 312 - Van IJsvogel, Barmsijs en... Sperwer!

Vorige week een dag in een hut gezeten in de Alblasserwaard. Doel was een mooie foto van de ijsvogel én eentje van een sperwer die een badje neemt. Dat laatste lukte niet.





De IJsvogel laat niet lang op zich wachten. En ze (ondersnavel niet helemaal zwart, dus een vrouwtje) pakt de zaken kordaat aan: één duik en een flink visje is de klos. Zo flink dat de vogel er een hele tijd over doet om 'm naar binnen te werken.





Ja, zelfs diep in de Alblasserwaard krijgen we nog de Grote Bonte Specht voor de lens. Dit is een mannetje (rood achterhoofd.)






Het zonnetje schijnt; even lekker de rug warmen. Mooi wel, op zo'n kronkeltak.





Toen was daar ineens de Gaai die alle pinda's wegkaapte.





Als het zonlicht vanuit een bepaalde hoek op het verenkleed van de IJsvogel valt, dan verschuift de kleur van blauw naar iets van zeegroen. Ik vind dat zelf niet zo mooi en fotografeer ze dan ook liefst in weinig licht.





Altijd mooi: Groenling in de schaduw, achtergrond in de zon.






Graatjes en andere onverteerde resten worden door de IJsvogel als een braakballetje uitgespuugd.





Jahaaaa, de Sperwer was er ook. De hele ochtend zat hij in een struik, terzijde van de hut. Hij gedroeg zich zo relaxt dat de mezen en vinken, toch zijn prooi, in diezelfde struik rond buitelden. Maar nu staat hij op het punt op jacht te gaan en er is geen zangvogeltje meer te zien of te horen.





 "Zou er nog meer in dat water zitten?"





Zo gewoon en toch zo prachtig: de Merelman poseert.





 Later in de middag komt het licht van achteren. De IJsvogelman gaat er eens goed voor zitten en inderdaad kleurt hij zo op z'n mooist.





Op zaterdag gaan we op audiëntie bij een groep Barmsijzen. Barmsijzen zijn, hoewel ik ze zelden zie, gebruikelijke wintergasten, maar deze groep is bijzonder.





Om te beginnen zitten ze al weken, met z'n 25-en, op dezelfde plek. Niet heel gek, want een gedienstige geest strooit dagelijks wat vogelzaad en dat is kennelijk toch prettiger foerageren dan in de uitgebloeide teunisbloemen op zoek te moeten naar zaadjes.





Maar wat het echt bijzonder maakt is dat er tussen die kleine en grote barmsijzen één Witstuitbarmsijs zit. Dat is een aparte soort die in Nederlands slechts zeer zelden wordt gezien. Hij is goed te herkennen doordat hij een stuk lichter is.





De zeer natuurlijke omgeving op deze foto's is schijn. De achtergrond bestaat uit een vervallen fabrieksgebouw en die elzentak heeft een slimme vogelfotograaf aan de prikkeldraadomheining vast gemaakt. We zien hier een Grote en de Witstuit op het prikkeldraad. In z'n onnatuurlijkheid toch ook weer mooi.





We genieten een dikke anderhalf uur van deze prachtvogeltjes en keren dan voldaan huiswaarts. Gauw de foto's uitzoeken!



zondag 18 februari 2018

Even iets moois nr. 311 - Brouwersdam en omstreken

Op een zaterdag maakte ik met mijn duifje een rondje Zuid-Hollandse eilanden. Zaterdag en mooi weer, dus vrij druk. We liepen ook diverse excursie-groepjes tegen het lijf; op vrijdag overkomt met dat vrijwel nooit.





Zoals al vele jaren, 's winters, staat er een groep van een stuk of 30 flamingo's in de Grevelingen. Ze zijn afkomstig van het Zwillbrocker Venn, op de grens bij Groenlo. Daar brengen ze dan de zomer door en brengen ze hun jongen ter wereld. Het is de meest noordelijke populatie van deze tropisch aandoende vogels. Altijd weer een bijzonder gezicht.





Bij de spuisluis in de Brouwersdam zwemt de Middelste Zaagbek. Met zijn verwarde kuif altijd een wat guitige verschijning.





De Paarse Strandloper. Met zijn rustige en weinig schuwe gedrag zoek ik 'm graag op. Foerageren doet hij meestal alleen...


... en dat geheel in tegenstelling tot de Drieteenstrandloper. Die zie je altijd wel in een groep rondscharrelen. Schuw zijn ze ook al niet, maar wel ontzettend rusteloos en actief. Het is werkelijk een kunst (nou ja, mét een forse dosis geluk) om daar een scherpe foto van te maken.





Met mijn neus ongeveer in de drek om op ooghoogte van deze vogeltjes te komen. Via Facebook vernam ik later dat ik in die houding opgemerkt was. Gelukkig kwam niemand op het idee om me te storen bij deze (in)spannende bezigheid.





Ja, nog een wintergast die geen verlegenheid kent: de Steenloper. Hij bikt onder en tussen de steentjes, en je ziet de spetters in het rond vliegen. Deze is al niet meer helemaal grijs, maar laat al iets zien van zijn zomerpak. Met een aantal weken zal hij wel vetrokken zijn.


woensdag 14 februari 2018

Even iets moois nr. 310 - dagje vogelhut deel 2

Deel 2 van mijn dagje vogelhut. De lichtomstandigheden waren verre van optimaal, maar beter een ruizige dan geen foto.





De waterbak werkt als een magneet. Hier komt meneer Grote Bonte Specht even een slokje nemen...





... terwijl een meter daarnaast de Zwarte Mees rondspettert.





Twee Eekhoorns laten zich lokken door de pelpinda's. Leuke beesten toch altijd.





Bij deze foto van een peinzende Pimpelmees moet ik onwillekeurig terugdenken aan het moment dat ik voor het eerst van de 3 meter plank moest springen...





Een wonderschoon vogeltje: de Kuifmees. Bewoner van bossen, scharrelt graag in de naaldbomen en laat zich daar meestal wel horen met een scherp gepiep.





Er zijn van die vogels die (voor mij) maar in één houding echt karakteristiek zijn te fotograferen. Hier de Grote Bonte Specht, precies zoals het hoort: aan de zijkant van een berkenstam.





En nog zo eentje: de Boomklever hóórt gewoon ondersteboven te hangen, met zijn nek in een onmogelijke buiging.





Als afsluiter nóg een Pimpelmezenfoto, maar hier getwee aan een mooi stronkje.

maandag 12 februari 2018

Even iets moois nr. 309 - Noord-Holland

Klein rondje Noord-Holland maar. Eerst IJmuiden met de zuidpier. Ik kom er graag in de winter, want er is eigenlijk altijd wel wat te zien. 





Ik heb nog een appeltje te schillen met de groep Sneeuwgorzen die daar al twee maanden zit. De foto's die ik ervan maakte waren te ver naar mijn smaak. Altijd bij elkaar en ze vliegen nogal makkelijk op als je ze probeert te benaderen. Ik moet dus wat anders verzinnen. Leuke vogeltjes die zich hier 's winters prima vermaken langs onze kust.





Ze houden zich op in een strookje tussen strand en duinen. Tussen de begroeiing kun je de hele groep zomaar een hele tijd kwijt zijn. En dan is het een kwestie van de oude vogelaarswijsheid zien toe te passen: ga niet naar de vogel, maar zorg dat die bij jou komt...





Even zien: ze scharrelen zoetjes aan een beetje naar rechts. Met een grote boog loop ik erom heen en ga 30 meter verderop in het zand op mijn knieën zitten wachten. En wachten. En wachten. Door een richeltje in het zand kan ik ze niet meer zien, dus ik kan slechts hopen dat ze nog steeds mijn kant een beetje op komen.





Plots staat er eentje op het randje en kijkt me even verbaasd aan. Dat was er zojuist nog niet, zie je 'm denken. Dan komt nummer twee. En drie. En vier... En dan zomaar zit ik midden tussen de rondpikkende Sneeuwgorzen die op een armlengte langs trippelen. Het klikken van de camera stoort ze niet en ik haal 10 minuten geen adem... 





Kort onder het strand zwemt een Zeehond. Af en toe zie ik zijn kop boven water. Dat zou leuk zijn, als-ie nou eens even het strand op schoof. En dat gebeurt! Hij ligt er één minuutje en schuift dan weer terug, de golven in.






En als je even geen vogeltje ziet, dan fotografeer je toch gewoon de loodsboot...






Vooruit, nog maar eens de Aalscholver. Hij poseert te mooi om dat zomaar te negeren...






Iets noordelijker vinden we de Harger- en Pettemer polder. Alleen voor die naam al zou je er elke week wel even willen kijken. Ik denk dat er wel 1.000 Wulpen lopen...





.... en vliegen.


zondag 4 februari 2018

Even iets moois nr. 308 - dagje vogelhut deel 1

Vorige week vertoefde ik, in het aangename gezelschap van twee dames, in een fotohut te Rijssen. Weinig licht, maar desondanks (of misschien wel: dankzij?) maakte ik soms aardige plaatjes van heel gewone vogels. Ik deel ze graag.





Nou ja, vogels... Twee Eekhoorns kwamen even kijken of de pinda's vers waren. Nog even een slokje water en weg waren ze weer.






Een echte bosvogel, deze Zwarte Mees. Hij ziet er wat geplukt uit en dat komt omdat hij net heeft zitten badderen.





Er zijn van die vogels die ik altijd weer met plezier fotografeer. Een daarvan is de Roodborst, hier op een tak tussen de dennennaalden. Tussen al die hyperactieve soorten is deze een makkie. Hij blijft zomaar tijden doodstil zitten.





Altijd leuk, zo'n spetterende vogel. Hier de Merel-man.





Een dagje vogelhut is niet compleet zonder een paar bezoekjes van de Grote Bonte Specht. Ze komen dan even inspecteren of je wat vet of pindakaas aan een stammetje of tak hebt gesmeerd en uiteraard doen we dat trouw. Dit is het vrouwtje (geen rode pet.)





Was er ook heel even: het kleinste vogeltje van Nederland, de Goudhaan. Altijd rusteloos in naaldbomen op zoek naar lekkers. Vaak in een groepje en meestal verraadt hun heel zachte gepiep hen wel.





Ja, nog een badgast: de Glanskop. Ook een echte bosbewoner; pakt razendsnel een pitje en is al lang weg voordat je de camera gericht hebt. Maar voor het badderen neemt hij maar liefst een paar seconden de tijd. Leuke vogeltjes.