Op het strand zocht ik naar vroege wintergasten of vogels die al op trek waren vanuit noordelijker streken. Terwijl strandbezoekers en surfdudes mij bevreemd aankeken (jas aan; op mijn knieën in het zand met een dikke fototas als een ernstige misvorming op mijn rug) en ik gehinderd terugkeek, scharrelden de strandlopertjes langs de golven.
Jawel, de Drieteenstrandlopers zijn er al weer. Dit moet een juveniel zijn die zo meteen gaat ruien naar een veel egaler grijs verenkleed.
Ook aanwezig: een groepje Grote Sterns. Totaal niet te benaderen, dus ik moet maar tevreden zijn met deze wat verre foto. Ik moet altijd lachen om hun kenmerkende knarsende roep.
Een leuk groepje: de linkse moet een Bonte Strandloper zijn, de rest is een familie Drieteenstrandloper.
Drieteenstrandlopers hebben de gewoonte om mee te hollen met de golven. Hoewel ze helemaal niet schuw zijn is het werkelijk een hele kunst om er een scherpe foto van te krijgen.
Ook hier geldt: je moet niet naar de vogels toe, maar wachten tot ze bij jou komen. Ik kies een plekje op 20 meter van een groepje Drieteenstrandlopers dat staat te dommelen. Ik weet: binnen een paar minuten worden ze weer actief en hopelijk komen ze mijn kant op. Onderwijl zinken mijn knieën en schoenpunten weg in het natte zand...
O kijk, er zitten een paar Bonte Strandlopers tussen. Ongeveer even groot, maar meestal net iets minder hyper-actief.
"Zeg, kennen wij elkaar niet van vorig jaar?" Tja, dat zou zomaar kunnen. Ze komen soms dichtbij, heel dichtbij. Zo dichtbij zou je niet zeggen dat ze kleiner zijn dan een spreeuw.
Hè, kun je dan nooit eens onbespied je hobby uitleven?